arkaroola en coober pedy

29 april 2010 - Coober Pedy, Australië

midden tussen het niks

 

vrijdag 23 april

Vandaag zijn we naar Arkaroola gereden, wat in Flinders ligt en dan dus meer naar het noorden. De weg was bijna helemaal onverhard, maar dat is best normaal hier. De overheid wil niet voor de wegen betalen, omdat er niet genoeg mensen overheen rijden. Voordat je gaat rijden staat er een bord aan het eind van ieder dorpje met de wegen die aan het dorpje liggen. Dan staat er achter of de weg open is (dan mag je met een normale auto er over heen ), of je er met 4wd overheen moet of je auto verplicht heel zwaar moet zijn of dat de weg gewoon gesloten is. De wegen zijn vaak van zand en als het dan geregend heeft kan je er niet meer overheen. Het kan dus ook zijn dat je gewoon een paar dagen vast zit in een bepaald gehucht waar 15 mensen wonen tot dat de wegen weer zijn goedgekeurd. (en ja er zijn hier serieus dorpjes met 15 mensen, dat staat namelijk op een bord als je het dorpje binnenrijdt. Het dorpje heeft dan een tankstation en dat is het. De winkel zit in het betaalding van het tankstation en verder staan er een paar huisjes). Maar goed, toen we in Arkaroola aankwamen bleken we te vroeg te zijn. Je mag pas vanaf 2 uur naar binnen dus hebben we maar eventjes buiten gezeten en gewacht. Daarna mochten we ons huisje in. Hij is best groot en je hebt uitzicht op de zijkant van een berg. Verder zitten hier echt ongelooofelijk veel vliegen. Echt niet normaal. Je kan gewoon niet buiten zitten zonder dat die dingen naar je ooghoek gaan lopen of over je benen lopen te kriebelen. Daarom hebben we nu ook zo’n vliegennetje gekocht. Hij is echt te dom voor woorden. Het is gewoon een net. En aan de onderkant zit een touwtje waarmee je hem vast kan trekken en dat netje doe je dan gewoon over je hoofd heen. En op de bovenkant staan allemaal vliegen getekend (is een extra, juppiee.) want het schijnt dat vliegen niet graag bij andere vliegen in de buurt zitten dus gaan ze er niet op zitten. (werkt trouwens niet want ze gaan vrolijk op de getekende vliegen zitten… hmpff) toen was ik toch maar binnen gaan leren. Omdat het niet helemaal werkte met de vliegen. En daarna heb ik ook gelijk me toets gemaakt (scheikunde). ’s Avonds zijn we nog naar buiten gelopen om sterren te kijken. We zitten hier in een van de meest afgelegen dorpjes van australie (en dat vinden ze hier een positief punt… ). Het eerste dorpje hier vandaan is meer dan 100 kilometer verderop. En dat dorpje moet maar trots zijn dat het zichzelf een dorpje mag noemen met zn dertig inwoners ongeveer. Maar goed. omdat het dus zo ver van de bewoonde wereld af is, is de lucht heel schoon zegmaar dus kan je heel goed naar de sterren kijken. Dus dat was wel mooi. Toen kwamen we ook nog een man tegen die hier de marketing deed. En hij vond dat er nu nog maar amper vliegen waren. In de zomer blijkt het erger te zijn. Maar goed ik vind het zo al erg genoeg. Oh we zijn vandaag trouwens ook wielrenners tegen gekomen. Die hadden we eerder ook al ingehaald met de auto. Die zijn echt een heel stuk door de bergen aan het fietsen, echt leuk. Het is hier trouwens best mooi, maar deze kale bergen met kleine struikjes spreken mij gewoon niet zo aan…

zaterdag 24 april

Vanochtend hadden we bedacht om met de auto rond te gaan rijden hier door de bergen. Ze bestaan hier uit allemaal verschillende stenen en edelstenen dus er moeten een aantal mooie plekjes zijn. Dus wij zijn gaan rijden met onze auto. En blijkbaar is echt iedere route hier een 4wd route. Maar dan ook echt dat je met je auto scheef zit en door water gaat. Toen hebben we ongeveer anderhalf uur zo gereden door de bergen omhoog en omlaag en toen kwamen we op een plek waarvan mn ouders het idee hadden dat we er niet meer overheen zouden kunnen dus zijn we omgekeerd. Dat was wel jammer want we zouden naar een bron gaan waar radon in zit en dat moest je ook kunnen zien bubbelen enzo. En daar mocht je ook niet kamperen omdat de straling dan slecht voor je is. Toen waren we gedwongen om in het restaurant hier te gaan eten. Er is hier namelijk geen eten te koop. We hebben een huisje genomen met een keuken, zodat we ook zelf een aantal keer konden koken. Maar de winkel hier heeft niks. Geen groenten en fruit sowieso. En ze hebben ook geen brood. Wat ze wel hebben is melk in een pak waarop staat dat hij houdbaar is tot oktober dus ik weet niet wat daar allemaal in is gegooid om hem goed te houden, maar goed. en ze hebben frisdrank. Nou veel joh. Je kan hier in ieder geval niet normaal eten. Gelukkig hadden we zelf nog een beetje eten maar daar moeten we nog 3 keer van ontbijten en dat halen we niet als we ook thuis gaan lunchen… Nou het hele restaurant zat vol. Er waren hier blijkbaar 2 tourbussen aangekomen met gepensioneerde mensen. ze hadden ook allemaal een naambordje op dus blijkbaar wat het iets georganiseerds. Het was wel leuk om te zien eigenlijk. Toen we weer thuis waren heb ik maatschappijleer geleerd voor de SE binnenkort. Internet hebben we hier nog niet. Ze hebben hier wel een soort machine waar je op kunt computeren (het lijkt een beetje op zo’n automaat waar je pacman op speelt ofzo) maar goed op die machines kan je niet op hotmail want die hebben ze geblokkeerd en ik kan mn blog dr ook niet opzetten want hij heeft geen usb-ingang. Maar binnenkort gaan we misschien wel internet kopen hier, dan kan je een uur lang zonder pauzes en dan kan ik mn mail even openen wat wel fijn zou zijn… Morgen gaan we trouwens weer actief doen, want we hebben bedacht om te gaan wandelen. Veel meer is er hier ook niet te doen, want er is hier niks anders. Maar het is wel leuk.

zondag 25 april

Vandaag zijn we dus gaan wandelen, 8,1 kilometer voor als het je interesseert ;P. Het pad was wel heel mooi, want doordat er hier dus allemaal verschillende soorten stenen zijn, glinstert het hele pad als de zon erop schijnt. (en de zon scheen…) Voor de wandeling hadden we van de mevrouw bij de receptie een boekje gekregen met interessante feiten die je ondertussen tegen kwam. Het ging eigenlijk alleen maar over welke boom je bij welk kilometerpaaltje kon zien, dus dat was verder niet zo interessant. Onderweg zijn er heel veel sprinkhanen voor ons aan de kant gesprongen. Soms sprongen ze ook gewoon vol tegen je aan, en dan voel je serieus nog een tijdje daarna waar die kwam. Ze springen best hard, hahah. Van de vliegen hadden we niet eens zoveel last dus ik had mn netje maar niet opgedaan, haha. Als je loopt dan komen ze over het algemeen niet al te vaak om je hoofd zoemen en gaan ze gewoon op je shirt zitten. Ze worden hier ook wel sticky flies genoemd, omdat ze gewoon op je shirt blijven zitten en meeliften… En er zaten oooveral spinnen. Iiiel. Daar hou ik dus echt helemaal niet van. Het waren van die hele grote spinnen die een gigantisch web maken van 2 meter breed gewoon over het pad. En dan moet jij een omweg gaan zoeken. En de spinnen hadden zo’n hele dikke kont. Nou waarschijnlijk is dat gewoon hun lijf maar ze waren heel dik en rondig, echt zo vies. En ik was door een web heen gelopen die ik niet had gezien. bahbahbah. Maar verder was de wandeling wel leuk. We hadden heel mooi uitzicht over het dal op een gegeven moment toen we redelijk boven waren. Toen we daarna weer thuis waren heb ik weer maatschappijleer geleerd. En mn ouders waren even gaan wandelen daarna nog en toen ze terugkwamen, kwamen ze met het idee om hier een dag eerder weg te gaan. Oh wacht, dat gebeurde eigenlijk gisteren. Maar ik vertel het wel alsnog. Het is hier namelijk niet zo sprankelend en je kan niet buiten zitten door de vliegen en er is hier geen eten, dus het is niet helemaal top. Dus toen hadden we besloten om een dag eerder naar coober pedy te gaan, dat is de volgende bestemming. Dus morgen gaan we hier al weg in plaats van overmorgen. Op de wegenborden staat dat hij met 4wd begaanbaar is en het gaat niet regenen vanavond dus als het goed is, kunnen we gewoon over de weg gaan. oh, en we hadden vandaag internet gekocht. Dus dat was wel weer eventjes leuk. :D.

maandag 26 april

Vanochtend vroeg zijn we vertrokken opweg naar Cooper Pedy. Het was ongeveer twaalf uur rijden en het begon allemaal al goed. Bij gebrek aan ontbijt hadden we ’s ochtends alleen een glas melk en gingen we rijden naar een plekje wat Copley heet om daar te hopen dat er ontbijt was. De meeste winkels en andere gebeurens die open en dicht kunnen zijn, zijn nu wel dicht. Het is namelijk ANZAC day. Dat was het gisteren ook al. het staat voor Australia and New Zeeland A… Combat. Het is een herdenkingsdag voor de aussies en kiwi’s (bijnaam van de Nieuw Zeelanders. Zo worden ze zelfs op het nieuws genoemd) van voornamelijk de eerste wereld oorlog maar ook de tweede dacht ik. En blijkbaar zaten zij tijdens de eerste wereldoorlog in Turkije want daar wordt de ceremonie gehouden. Maar iedereen is hierdoor ook vrij. En op de tv kan je de ceremonie volgen dus daar hebben we gisteren ook een stukje van gekeken. Maar toen we in Copley aankwamen zagen we een klein restaurantje. Een Britse vrouw die hier naar toe is verhuisd was de eigenaar en ze was heel aardig. Ze noemde mij de hele tijd ‘love’. Dat is normaal hier. Jongens worden ‘mate’ genoemd en meiden ‘love’., echt leuk, haha. Maar goed toen we daar ontbeten hadden stapten we weer de auto in om weg te rijden en toen zeiden mn ouders, volgens mij is er iets niet goed. En die mevrouw van het restaurantje kwam al naar de auto rennen, van stop stop. Dus wij stoppen en uitstappen. Hadden we een lekke band… Gelukkig gebeurde het hier in een dorpje (die ook een garage had) want als dat midden op de weg met niks gebeurd dan baal je echt. Toen is de auto dus naar de garage gebracht hier. Nou van de automaker moesten we eerst zelf maar onze band eraf gaan halen dan zou hij hem plakken. Dus wij hebben er denk ik bijna een half uur over gedaan om de auto omhoog gekrikt te krijgen en de band er af te halen. En toen ging hij de band maken. En hij kwam ook gelijk kijken naar de andere banden. Bas en ik moesten op de koffers passen en pappa en mama gingen naar de garage mee. Toen kwamen ze even later terug melden dat de band vervangen moest worden en dat de andere banden eigenlijk ook slecht waren en dat er daar ook eentje vervangen moest worden. Blijkbaar waren de banden helemaal afgesleten en had de verhuurmaatschappij ons er niet eens mee mogen laten rijden. Toen dat allemaal gebeurde hebben Bas en ik wat gedronken in het restaurantje terwijl ik maatschappij nog een keer doorkeek. Na de stop van 2 en een half uur konden we weer verder. Onderweg zijn we nog een paar keer gestopt om te tanken en een keertje om te lunchen. Daar kwamen we ook weer andere mensen tegen. Een stel die zei dat wij nu al de derde Nederlanders waren die ze spraken op een rij. Blijkbaar zijn er hier veel Nederlandse toeristen. En we kwamen nog wat Nederlanders tegen waar pappa mee heeft gepraat. Toen kwamen we aan in Cooper Pedy. Je kon het al aan zien komen, want je zag overal machines waarmee ze hier in de mijnen gaan. Cooper Pedy is een opaalmijn stadje. Wat opaal voor steen is, dat weet ik nog niet maar ik denk dat ik er wel achter ga komen. toen reden we naar ons hotel, maar er bleek wat fout te zijn gegaan met de reservering. Dus die man van het hotel ging een ander hotel voor ons regelen. Het hotel heet the mud hut. En hij is ook echt gewoon gemaakt van klei dat tegen een frame aan is geslagen zegmaar. Heel leuk, want de muren zijn dan niet geverfd zodat je de klei kan zien. Het is heen heel leuk appartement waar we in zitten en best groot. Internet met onze dongel werkt ook hier niet, want hij heeft gewoon geen bereik maar we hebben een modem gehuurd bij het hotel dus dan kunnen we in ieder geval internetten. En we waren ’s avonds nog ergens gaan eten en als je dan zei, ja ik zit in dit en dit hotel, dan kreeg je korting. En zo werkt het hier volgens mij wel vaker…

dinsdag 27 april

Vanochtend hadden we een tour gereserveerd voor ’s middags, en hoe werkt het dus weer. Ja we zitten in dit en dit hotel, dus we kregen korting. Iedereen kent hier elkaar. ’s Ochtends heb ik mn SE maatschappij gemaakt. (door het tijdsverschil nog steeds op dezelfde dag als jullie. Das wel een voordeel van het tijdsverschil) Daarna gingen we dus met de tour. Ze hadden gezegd, je wordt om 5 over 1 opgehaald bij het hotel. Maar wel Australische tijd. Wat dus inhoudt, het kan ook een half uur later zijn. Ze leven hier heel relaxed en niet echt op tijd. Levensmotto: no worries. Dat zeggen ze ook heel vaak. Als hoi, of doei, of graag gedaan, of komt goed. En gewoon tussendoor. Hahaha. Maar onze gids was een oude man die ik heel slecht verstond. En z’n microfoon stond ook niet echt hard, haha. Maar eerst gingen we een beetje rondrijden in het busje door de stad. Hij stopte ongeveer voor ieder gebouw, want dan had hij weer een verhaaltje. En daarna gingen we naar een mijn. Gingen we eerst een film kijken over het ontstaan van opaal (silicone druppelde heel lang geleden op de stenen hier. (toen was er hier nog een zee) en dat zakte diep weg, het water verdampte eruit en dan had je deze steen…).En daarna gingen we de mijnen in. De mensen in dit dorpje leven echt ondergrond. Omdat dit dorpje ook heel ver afgelegen ligt van de bewoonde wereld kon bouwmateriaal vroeger heel moeilijk aangeleverd worden. En de mensen die hier heen kwamen (soort goudkoorts hadden ze maar dan voor opaal) hadden grotendeels in de eerste wereld oorlog gevochten en waren dus gewend aan onder de grond leven in die loopgraven en wisten ook hoe ze dat moesten maken. Dus die hadden ze hier ook gemaakt om in te leven. Het is ook wel handig met de temperatuur omdat het hier in de zomer 65 graden kan worden en onder de grond is het een stuk kouder. Maar toen hebben we eerst in de mijnen bekeken waar mensen vroeger in woonden. Die waren helemaal uitgepikhouweeld. En daarna een kamer, hoe ze het tegenwoordig doen met een vierkante machine die gewoon een vierkant maakt zegmaar. En ze hebben ook een ronde dus dan heb je soort van een rond huis en bogen als plafond. Daarna zijn we dieper de mijn in gegaan. Dan kon je echt de gangen zien die mensen vroeger hadden gemaakt op zoek naar opaal en de gaten waar het dynamiet in had gezeten. En dan kon je bij de tien meter vanaf de grond boven je zegmaar een lijn zien waar dan het opaal zit. Maar 90% van het opaal heeft geen waarde omdat hij kleurloos is. en dan heb je nog 2% volgens mij van het opaal en dat is zwart. En de rest heeft kleur. En dat is dus veel geld waard. De mensen die hier voor opaal zoeken. Als ze echt wat vinden, verdienen ze er zeker een miljoen mee als ze het doorverkopen. Maar je kon dus echt die lijn zien zitten, wat wel grappig was. En daarna kwamen we nog in het winkeltje, daar eindigde de tour zegmaar. En je kon gelijk zien dat de mannen allemaal koffie of thee gingen halen en alle vrouwen liepen naar de sierraden toe. Ik heb hier nu een zilveren ketting gekocht met een opaal steen erop. Hij is blauw en als je hem anders houdt tegen het licht veranderd hij dan weer een beetje van kleur. Opaal veranderd ook een beetje van kleur met de warmte waar hij tegen aan zit. Dus als je er eentje hebt met meerdere kleuren dan kleurt hij met je gevoel mee. Maar die dingen waren wel heel erg duur want er lagen stenen bij die bijna 5000 dollar kostte. Na de rondleiding door de mijnen gingen we weer rijden. We zijn langs een aantal plaatsen gereden waar ze opaal aan het afgraven zijn. Er zitten dan echt hele grote gaten in de grond. En ze zijn heel gevaarlijk omdat ze geboord zijn en je kan je dus als je valt aan niks vast houden en dan val je ongeveer dertig meter naar beneden en ben je vrij dood. Dus we mochten daar ook niet uitstappen. Vroeger mocht het wel, alleen dan gingen mensen foto’s maken en dan wilde ze net nog een stapje naar achter zodat het plaatje mooier was en dan vielen ze in een gat. Dus dat was niet meer de bedoeling dus mag je er tegenwoordig niet meer uitstappen… en we zijn naar een aantal plekken gereden waar films zijn opgenomen. Het waren eigenlijk bijna allemaal films die met aliens ofzo te maken hadden. Ik kende zo ook allemaal niet. Maar het is hier een beetje een soort maanlandschap, want je ziet helemaal niks behalve zand/ steen heuvels. Dat er mensen wonen zie je ook niet echt, want ze wonen dus onder de grond. Je ziet alleen een paar witte palen uit de heuvel steken want dat is voor de ventilatie. Daarna zijn we nog naar de dogfence gegaan. Dat is het langste hek van de wereld. Bijna 100.000 km lang dacht ik. hij gaat door heel Australië heen. Het hek is bedoeld om de dingo’s tegen te houden. Die eten namelijk de schapen op en de schapen hebben ze nodig. Dus aan de ene kant van het hek (zuid westen) worden schapen gehoed en zitten dus geen dingo’s en aan de andere kant van het hek mogen ze wel komen en leven ook amper schaapjes. Dat was denk ik wel ongeveer waar we allemaal langs zijn gegaan met de tour. We hebben nu ook al Aboriginals gezien. die wonen hier ook. Je herkent ze omdat ze de enige gekleurde zijn in dit land. Alle Australiërs zijn blank. Ze doen me echt heel erg denken aan de afrikanen. Ze leven namelijk met de dag en plannen niks. En ze zitten ook gewoon heel de dag op de stoep. En ik betwijfel of ze ooit werken. Het schijnt dat ze wel noodlen. Hier liggen namelijk hele heuvels met uit de grond gehaald gesteente voor het opaal zoeken. En als niemand dat land meer in zijn bezit heeft mag iedereen die wil die heuvel doorzoeken in de hoop nog opaal te vinden. En dat doen de Aboriginals dus. Het schijnt ook dat ze een drankprobleem hebben maar dat heb ik nog niet gezien. Oh trouwens, ze hadden ons ook vertelt waarom het hier Coober Pedy heet. Het is een Aboriginal naam. Vroeger waren hier heel veel mensen die in de mijnen werkten. Het was ook echt een dorpje van 4000 mensen ongeveer (nu iets van 1500). En toen de Aboriginals langskwamen riepen ze: ‘witte man in een gat!’ en dat is in het Aboriginals ‘Coober Pedy’. En we waren nog een kerk gaan bezoeken. Er zitten hier 42 nationaliteiten en wij waren een Servisch Orthodoxe kerk binnen gegaan. Er stonden beelden in, en die waren dan zegmaar ook gepikhouweeld in het steen, want de kerken zitten hier ook onder de grond. En dat is echt alles wat we hebben gedaan. Morgen doen we een beetje rustig aan. En gaan we naar een ander hotel ongeveer 100 meter verderop. Dat is het hotel waar we eigenlijk in zouden zitten, the underground motel. Dus dan zitten we echt onder de grond.

Woensdag 28 april

Vandaag na het opstaan hebben we eerst nog eventjes geinternet, omdat we hier dus een modem hebben. Daarna zijn we verkast naar dit huisje. We konden er nog niet in, want het was nog te vroeg. Dus we gingen naar een restaurantje om wat te drinken tot we er weer heen konden. Daarna gingen we dus ons huisje bekijken. Het is echt heel vreemd, omdat hij onder de grond zit. De muren zijn dus echt gewoon dat steen. En je ziet precies hoe de boor er doorheen is gegaan. En de elektriciteitdraden die steken allemaal recht uit het plafond. En je hebt van die gaten in je plafond waar de ventilatiepijpen zitten. En er zitten natuurlijk geen ramen in je huisje dus met de lichten uit zie je echt helemaal niks. En het huisje heeft geen deuren. Ik weet niet of dat normaal is, maar het is wel zo. Haha. Vandaag heb ik Frans geleerd. En ik heb buiten in de zon gezeten. We hebben niet zo veel gedaan vandaag want Bas is ziek. Dus hij heeft heel de tijd in een donkere kamer gelegen terwijl wij buiten zaten. En we zijn nog even naar de boekwinkel gegaan. We hebben gekeken of we weer boeken konden vinden, maar de boeken zijn hier 25 dollar dus dat is een beetje overdreven. De prijzen zijn hier naar mijn idee sowieso een stuk hoger dan in de stad en ik gok dat het komt omdat het meer moeite kost om het hierheen te vervoeren. Verder hebben we vandaag niks gedaan. We gaan zo weer uit eten want je kan hier niet koken. En eigenlijk heb ik ’s middags vooral blog geschreven zodat ik weer bij ben. En nu ga ik zo nog mijn mailtjes doen en dan hoop ik dat ik binnenkort internet weer heb, zodat ik alles ook kan versturen. Morgen gaan we hier weer weg, op weg naar Uluru. Uluru is de Aboriginal naam voor Ayers Rock. En tegenwoordig noemt niemand het meer Ayers Rock, ik weet niet waarom. Maar dat wordt weer 800 kilometer rijden om de grote steen te zien, wat me heel mooi lijkt. Fijne vakantie iedereen, maak er wat leuks van! xxxx

Foto’s

2 Reacties

  1. Donaaaaaaaaaaaaaaaaa:
    30 april 2010
    oehhh spannend!
    maar 65 graden! dat is echt veel te veel! dan kook je! sowieso!
    okee effe de volgende tekst lezen:D
  2. Jordi:
    1 mei 2010
    Dat verhaal over dat vliegnetje klinkt echt belachelijk :P Heb je foto's ervan? (A)